Ásatrú is een moderne naam voor de heidense religie zoals deze ontstond in Noord-West
Europa. Het is één van de religieuze stromingen binnen de grote Indo-Europese
familie.
Het woord Ásatrú stamt uit de oude-Noorse taal en betekent: trouw aan de Asen,
of vrijer vertaald: trouw aan het Hogere, streven naar harmonie met het
Goddelijke.
Sinds de erkenning van het heidendom als officiële religie door de IJslandse
overheid in 1973 en door Noorwegen en Denemarken eind de jaren 90 wordt het
woord Ásatrú algemeen als benaming gebruikt.
Door de kerstening in de vroege middeleeuwen is de pure beleving van deze
heidense religie in onbruik geraakt, het Christendom kon echter niet vermijden
dat de gekerstende heidenen bleven vasthouden aan hun wereldbeeld en hun
gebruiken. Hierdoor ontstond er een volkse variant van het Christendom.
Dit volks Christendom assimileerde alle heidense feestdagen en gebruiken en
voorzag hen van een Christelijke mantel (Joel/Kerstmis, Osatra/Pasen, Midzomer/Sint-Jan),
hierdoor raakte de ware betekenis versluierd, doch de ware essentie ging niet
verloren. Denk maar aan de wijdverbreide Mariacultus, waarin de Maria de rol van
Freya grotendeels overnam. Of het verder zetten van de Godenverering door het
aanbidden van bepaalde Christelijke heiligen (Thor/Sint-Elooi, …). Ook de
gebruiken bij bijvoorbeeld het christelijke kerstfeest zoals de kerstboom, de
lichtjes, de kerststronk, de versieringen met groenblijvende planten zoals hulst
en spar, de kerstman, de rendieren, enz … Het zijn stuk voor stuk heidense
gebruiken.
Zo gebeurde het dat het heidendom verschillende keren opnieuw te voorschijn kwam.
Zoals tijdens de renaissance waar lag de nadruk op het klassieke heidendom van
de Grieken en Romeinen lag. Nog later kenden de heidense stromingen terug een
bloeiperiode tijdens de Romantiek. Het is uit deze Romantische periode van de
vorige eeuw dat in de lage landen een eigen variant van de Ásatrú gegroeid is
die het werk van vrijdenkers als Willems, Boone en Snellaert voortzet.
In de religie Ásatrú bestaan er meerdere goden en godenfamilies. De Asen, met
als bekendste goden Odin, Thor en Loki vormen de belangrijkste godenfamilie van
het Noordse pantheon. Naast de Asen is er nog een andere godenfamilie: de Wanen
met als bekendste goden Freyr en Freya. En we kennen ook nog de Reuzen. Dit kan
gezien worden als een vorm van veelgodendom. We kunnen deze veelheid van Goden,
reuzen, de natuur, de mensen en al het andere gemanifesteerde ook zien als
uitvloeisels van het Ene Goddelijke beginsel.
Ásatrú leert ons dat er slechts één absolute Waarheid bestaat, maar dat er vele
wegen zijn die tot die Waarheid leiden. Elke religie die op een integere manier
beleefd wordt, kan zo'n weg naar de Goddelijke Waarheid zijn.
Bij Ásatrú is het belangrijk dat we ons verbinden met het Hogere. We zouden dit
als het ware kunnen vergelijken met een symfonie. Het Goddelijke is de
oervibratie die de symfonie voorafgaat. In een muziekstuk is het van belang dat
elk instrument in de juiste toon en in de juiste cadans meespeelt. Zoniet, dan
ontstaat er een disharmonie. Op dezelfde manier moeten we terug in harmonie
proberen te komen met de Goddelijke principes. Essentieel hierbij is dat we ons
lot en onze bijhorende levenstaak aanvaarden en dat we proberen onze
persoonlijke taak te volbrengen.
Een goede wegwijzer op ons pad zijn de 9 nobele waarden: trouw, eer, moed,
waarheid, zelfbeheersing, gastvrijheid, weerbaarheid, ijver, zelfbehulpzaamheid.
Deze waarden geven richting aan het leven van de Aasgetrouwe.
Wij vormen allen een deel van een groter geheel. Een ieder behoort tot een sibbe
(gezin), een leefomgeving, een gemeenschap. Door in harmonie te leven met onze
leefomgeving en het nastreven van de 9 nobele waarden maken we die verbinding en
vibreren samen op die hogere frequentie. Dat is meteen ook een reden waarom veel
heidenen terug te vinden zijn in zowel socio-culturele verenigingen als in
milieugroeperingen.
Ásatrú maakt gebruik van rituelen die ons in staat stellen het “Goddelijke in
ons” te beleven. Denk daarbij aan overgangsrituelen: het opnamefeest, waarbij
het pasgeboren kind wordt opgenomen in de sibbe; de jeugdwijding, waarbij de
jongeling overgaat naar een volwassen levensfase; het dodenritueel. Verder zijn
er de rituelen die de Ring van het Jaar vormen: wederkerende seizoensgebonden
belevingen. Hiermee volgen we de natuurlijke loop der seizoenen en leven we op
het ritme van de natuur.